X Ik liet een doos eieren vallen.
V Ik moet vanavond een paar appels en wat sla kopen in de winkel.
V Mijn winkelmandje was zo zwaar dat ik in plaats daarvan een winkelkarretje/winkelwagen heb gepakt.
V De winkelbediende/cassi weegt een tros bananen voor de klant.
V Koop morgen alsjeblieft twee pakken melk voor me in de winkel.
V Ik liet een doos eieren en een fles melk op de grond vallen.
V De winkelbediende hielp me met (het) opruimen van de rommel en (het) pakken van nieuwe boodschappen.
7 zinnen | 6 goed | 1 fout
Dit heeft u heel goed geschreven!
Bijna foutloos!